Thursday, March 26, 2009

Ik ging naar Bommel om de brug te zien

In het wellicht bekendste sonnet van Martinus Nijhoff, "De moeder de vrouw" vertelt de dichter dat hij naar (Zalt)Bommel gaat om de (toen nieuwe) brug te zien, de voorganger van de huidige brug. In het gedicht wordt overigens niet zo zeer de brug bezongen, als wel de psalmzingende vrouw die op een schip voorbijvaart.

De Martinus Nijhoffbrug is niet mijn doel, maar wel het spoorwegstation van Zaltbommel. Slechts 2 perrons telt het station. Ik sta op perron 1 en in mijn blikveld staat de De Grote of Sint Maartenskerk. De kerk geeft met zijn stompe toren de stad een karakteristiek aanzien. Ik sta nu al enige tijd te wachten, maar er verschijnen nog steeds geen medepassagiers. Ah, daar hoor ik de lift: Een moeder en dochter komen met hun fietsen uit de lift. De fiets van de dochter is in mooie helblauwe kleur. Ze zoeken naar de dienstregeling, die er niet is. De moeder steekt haar hoofd om de hoek van de deur en vraagt hoe laat de trein komt. Op mijn antwoord dat hij om 10 over 3 komt, roept ze naar haar dochter dat ze nog even thee kunnen drinken. Ze komen de wachtkamer binnen met een thermosfles en plastic zakjes met boterhammen. Het hete water wordt over 2 bekers verdeeld met een zakje rooibosthee.

Ze praten over de fietstocht, die ze gemaakt hebben en welke ontberingen ze hebben geleden, maar dat ze tevreden op de dag terugkijken. Bij het horen van het woord pontjes, spits ik mijn oren en draai mijn goede oor naar hen. Als voorzorg heb ik de bandrecorder in mijn rolkoffertje, zodat ik niets hoef te missen. Ik controleer of de microfoon in de goede richting staat.

Deze zondag hadden ze 2 pontjes gedaan en ze moesten er nog 73. Zouden ze die vandaag nog moeten doen? Hoeveel pontjes zijn er eigenlijk in Nederland? Thuis heb ik de DVD “Pontje doen”; daar zal het vast wel op staan.

Een man van allochtone afkomst komt het perron op en na enige aarzeling verlaat hij het perron weer. Even later komt hij op perron 2 tevoorschijn. Hij moet blijkbaar richting Den Bosch.

Op het perron verschijnt nu een jonge man en hij kijkt verlekkerd naar de helblauwe fiets. De dames hebben het ook in de gaten. De dochter zegt dat ze geen vertrouwen heeft in de mensheid en dat haar fiets altijd op slot staat. De moeder weet niet of ze wel of geen vertrouwen in de mensheid heeft. Ze vergeet hem gewoon vaak op slot te zetten of zet hem soms wel op slot, maar vergeet vervolgens de sleutel eruit te halen. De jongeman buigt zich over de fiets en aait heel zachtjes over een stang. Dan ziet hij de dames zitten en hij steekt zijn duim op. Dit is misschien wel je prins op het witte paard zegt de moeder. Het bleek dat de dochter een paar weken geleden naar een paranormale beurs was geweest, waar haar was voorspeld dat ze binnen 6 weken de prins zou ontmoeten. De jongeman zwaait nog een keer, maar de dochter komt niet in actie. Hetgeen de moeder de uitspraak ontlokte dat er op die manier nooit iets zou gebeuren.

De dochter woont niet meer thuis, want ze vragen elkaar wat ze vanavond eten. Ik begin ineens trek te krijgen. Ik ga naar huis. Ik heb voldoende stof voor mijn weblog.

Trijntje

1 comment:

  1. Dag Trijntje,

    Ik kwam toevallig op je weblog terecht en las je observaties op het perron van Zaltbommel. Wij zijn geen moeder en dochter, maar 2 vriendinnen. Kijk eens op mijn weblog http://pontjes-enandereverhalen.blogspot.com

    Bettie

    ReplyDelete